Alle vakken die in het
primair onderwijs aan de orde komen, maken deel uit van het
PABO-programma. Het programma is in hoge mate afgestemd op de
taakprofielen en een analyse van de (start)bekwaamheden die een
leraar basisonderwijs dient te bezitten. 25% van de
opleidingstijd loopt de student stage in het basis- en speciaal
onderwijs. In '96-'97 bedroeg het aantal studenten 237, waarvan
75 % vrouwelijk. Het aantal docenten is 22.
De opleiding kent een
propedeutische fase van één jaar; in dit oriënterend jaar
vormt de student zich een beeld van de taken en de rollen van
een leraar basisonderwijs. Dit gebeurt aan de hand van een
viertal thematische modulen rond communicatie, spelen, leren en
onderwijzen en observeren/waarnemen.
Vanaf het begin van het schooljaar
loopt de student één dag per week een intensief begeleide
stage in groep 1 t/m 8 in de basisschool. Het reflecteren op
eigen kennis en vaardigheden vanuit eigen (stage)ervaringen
staat centraal en vindt met name plaats tijdens de wekelijkse
onderwijswerkplaats (OWP) onder leiding van een tutor. Doel
hiervan is bewustwording van het persoonlijke beroepsbeeld.
Via cursorische modulen wordt
aandacht besteed aan inhoudelijke en -didactische aspecten van
de verschillende disciplines.
Het tweede, derde en vierde jaar
(de post-propedeutische fase) bestaat uit:
- het kernprogramma (1½ jaar);
in deze fase leert de student een groot aantal algemene en
vakdidactische vaardigheden, die via assessments zowel
theoretisch als in de praktijksituatie worden getoetst.
- het specialisatieprogramma (1
jaar); de student kiest voor een programma gericht op het
ontwikkelen van een toegespitste startbekwaamheid voor het
verzorgen van onderwijs aan jongere kinderen (4-8 jaar) óf
aan oudere kinderen (8-12 jaar).
- het afstudeerprogramma (½
jaar); de student draagt als LIO (Leraar-in-opleiding) de
volledige verantwoording voor het onderwijs een groep van de
basisschool. Tijdens het LIO-schap wordt de student begeleid
door een daarvoor vrijgestelde leerkracht en een docent van
de PABO. In '97-'98 is de PABO-Heerlen door de Minister
aangewezen als experimenteer-PABO in het kader van het
1000-LIO-project: de vierdejaars werken 5 maanden met een
leer-arbeidsovereenkomst en tegen betaling op een
basisschool.
Het onderwijs is gemodulariseerd
en kent een thematische (interdisciplinair) en een cursorische
(vakgebonden) component. De student doorloopt een proces van
zelfstandig werken naar zelfverantwoordelijk leren. Van de
student wordt verwacht dat hij een duidelijk werkconcept heeft;
zowel "leren leren" als het vermogen om adaptief
onderwijs te verzorgen staan centraal in zijn
handelingsrepertoire. In termen van "ik - taak - de
ander" dient "de ander" (het kind, de groep, de
collega's en de samenleving) uitgangspunt en doel van zijn
handelen te zijn. Ook dient hij leerlingen voor te bereiden op
een maatschappij die in hoge mate wordt bepaald door nieuwe
technologieën. De student wordt daarom ook wegwijs gemaakt in
de nieuwe media (ICT). In leerjaar 3 en 4 vindt
probleemgeoriënteerd onderwijs (PGO) plaats, waarbij een beroep
wordt gedaan op het zelfstandig en zelfverantwoordelijk werken
en leren van studenten. De student is verplicht 80% van het
programma bij te wonen. De studielast bedraagt 42 x 40 uur =
1680 uur.
De PABO-Heerlen is een katholieke
opleiding. Vieringen nemen een speciale plaats in binnen het
opleidingsprogramma.
Naast de initiële opleiding
verzorgt de PABO-Heerlen ook - i.s.m. de PABO Maastricht en de
begeleidingsdiensten HE-MA - nascholingscursussen voor
leerkrachten basisonderwijs.
Het
joelfeest!!
Natuurlijk is de PABO
niet zomaar een opleiding! In tegenstelling tot andere
opleidingen heeft de PABO het vele leuke dingen waaraan iedereen
kan of zelfs moet meedoen! Ja nu denk je moeten, moeten niets
moet. nee het is ook niet verplicht maar je moet het gewoon niet
missen! Vooral het joelfeest is één van de geweldigste feesten
of ondernemingen van de PABO. Heb je plankenvrees, nou na dit
evenement ben je er helemaal vanaf! Het joelfeest is een soort
talentenjacht, zo mag je het best noemen. Ik ben zelf
eerste-jaars en deed dit jaar dan ook gelijk mee met het
joelfeest, samen met een stelletje knettergekke dames uit mijn
klas. Na lang, lang piekeren besloeten we om sister act te
playbacken, met het lied Hail holy queen. Maar je hoeft niet te
playbacken op het joelfeest je kan ook: live zingen, dansen,
dichten, cabaret, gewoon ergens waar je goed in bent. Nou we
hebben zeker 5 maanden geoefend en toen hadden we de generale
repetitie in de Borenburcht in Voerendaal. Natuurlijk waren we
allemaal misselijk van de zenuwen terwijl er nog geen jury of
dergelijke aanwezig waren. En zoals altijd op generale repetitie
ging alles gigantisch mis. De muziek liet het afweten en nog
heel veel meer. En balen natuurlijk want de dag daarna waren dus
de voorrondes. En toen was het zover de hele zaal zat vol van
verwachting af te wachten en we moesten op. Vooraan zat de jury
om ons te beoordelen. Want als je door de voorrondes komt mag je
dus optreden in het Wijngracht theater. Gelukkig het verliep
alles als gesmeerd en nu maar wachten op de uitslag. We waren om
11 uur op geweest en om 6 uur kregen we de uitslag. En jawel
hoor we waren door. Wij mochten als eerste-jaars studenten
optreden in het Wijngracht theater. Het wijngracht theater
was een week na de start van de kaartenverkoop helemaal
uitverkocht. We moesten het zaterdags en het zondags optreden.
Ook dit liep als gesmeerd, natuurlijk ben je dan nog wat
nerveuzer dan als je in de borenburcht moet optreden. Maar wij
hebben er een leuke herinnering aan over gehouden en dat is
gewoon heel belangrijk. Ik heb één foto al klaar de rest volgt
nog.
( Marie-Jeanne ligt
op de grond en dan van links naar rechts, Marijke, ikke, Nina,
Lonny en Senne)
|